maandag 24 juni 2013

Noorwegen, een eerste indruk

Ik hoor de eerste 300 km na Oslo Johnny achter het stuur regelmatig zeggen: "Noorwegen overtuigd mij nog niet, Zweden blijft de favoriet." Tot het echte werk begint: van viaduct door tunnel over brug langs ravijn over brug door tunnel. Bij elke tunnel die je uit rijdt een heel andere fjord, een vallei, een dal en een kloof met watervallen.
Zweden is vrouwelijk. Noorwegen is mannelijk.
Zweden is lieflijk, mild, glooiend, rustig, hartelijk, gastvrij, zacht.
Noorwegen is fel, onstuimig, sterk, onvoorspelbaar, bruusk, krachtig, woest, dramatisch.
Ik krijg flashbacks naar de lessen kunstgeschiedenis, naar de schilderijen van Caspar David Friedrich (zo heet hij toch, niet?), waar de mens klein en machteloos is in een landschap onmeetbaar groots en wild, met bijzonder licht, mist, een wolkenhemel met dreigende donkere stapelwolken en een streep zon tegelijk. Dat is Noorwegen.
.... En we zijn nog niet eens aangekomen bij de ECHTE fjorden.
We reden de zonnekust langs met maar een stop, in Risor, een stadje met goed bewaarde witte houten huisjes. In Mandal treffen we een laatste dag omama en opapa die op terugreis zijn, op een regenachtige camping aan een strand waar we door de gietende regen níet van hebben kunnen genieten. In de heftige regen rijden wij s' avonds verder landinwaarts richting Lysebotn, het puntje van de Lysefjord, en slapen Linda en Dirk hun laatste nachtje in Noorwegen.















Geen opmerkingen:

Een reactie posten